Verhalenavond: Stormvloed 1825

Aan het begin van februari 1825 vond de grootste natuurramp van de 19-eeuw in Nederland en Friesland plaats. Een enorme stormdepressie teisterde de oostkust van het Zuiderzeegebied en een stormvloed zorgde ervoor dat grote delen van Friesland, Noordwest-Overijssel en andere kustgebieden in de Zuiderzee en Waddenkust onder water kwamen. Er vielen landelijk 800 doden en in Friesland slechts 17 slachtoffers. De gevolgen waren immens: hongersnood, zoute weilanden, duizenden stuks verdronken vee, kapotte dijken, weggeslagen huizen en bijna 100.000 Friezen die de ramp direct of indirect meemaken, miljoenen guldens aan schade etc.

De ramp werd een jaar later gevolgd door een tweede catastrofe; de malaria kostte ruim 5500 Friezen het leven. Het zou tot zeker 1830 duren voordat de maatschappij zich een beetje hersteld had van beide rampen.

Over deze Stormvloed 1825 schreef publiekshistoricus Arnoud van de Ridder uit het Gaasterlandse Oudemirdum een herdenkingsboek dat eind januari 2025 is uitgebracht. In deze lezing komen bovengenoemde onderwerpen aan de orde. Maar er is meer zichtbaar. Het landschap kent nog vele merktekens (dijkdoorbraken, gevelstenen, spijkers in muren etc) die herinneren aan de ramp. Er is verder ook aandacht voor de voortekenen van de ramp in het najaar van 1824, de storm zelf, de malaria in 1825 en de komst van de Afsluitdijk na de ramp in 1916.

Het boek Stormvloed 1825 heeft ook een stroom aan nieuwe reacties, aanvullingen, dagboeken, brieven, merktekens en ander materiaal opgeleverd dat in de lezing aan de orde komt.